Overheid broedt op strengere regelgeving zzp’ers
Het wordt er allemaal niet duidelijker op voor zzp’ers en opdrachtgevers. De wet DBA is mislukt, maar terug naar de VAR kan ook niet meer. En dan komt er ook nog kritiek vanuit het buitenland op de vele zzp’ers in Nederland die de arbeidsmarkt en economische groei zouden ondermijnen.
Omdat Nederland in tegenstelling tot veel andere Europese landen geen minimum tarieven en geen verplichte sociale verzekeringen voor zzp’ers in de wet heeft opgenomen, kunnen zelfstandigen hun diensten tegen bodemprijzen aanbieden. Zo concurreren ze elkaar kapot én maken ze het lastiger voor mensen die in loondienst willen (blijven). De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) kwam deze week tot deze conclusie. Nu wisten de Nederlandse politici ook wel dat het zzp systeem niet houdbaar is. Den Haag probeert al jaren iets te veranderen, tot nu toe met weinig succes.
Voor bedrijven in de bouw zijn goedkope en flexibele handen erg aantrekkelijk, het is aan de overheid om de zzp markt beter te reguleren. Maar dat is een stuk moeilijk dan gedacht. Ging het twee jaar geleden bij de overgang van VAR naar DBA nog vooral om het tegengaan van schijnzelfstandigheid, inmiddels heeft Den Haag al aangekondigd dat ook de tariefstelling onder de loep wordt genomen. Inmiddels is de deadline voor een nieuwe wet omtrent zzp uitgesteld tot 2020. Maar dat wil niet zeggen dat opdrachtgevers geen risico lopen is de tussentijd: De mogelijkheid tot handhaving van ‘kwaadwillenden’ is per 1 juli 2018 verruimd. Vanaf deze datum worden niet alleen de hele ernstige gevallen gehandhaafd, maar ook andere kwaadwillenden. Hiervan is sprake als het gaat om een (fictieve) dienstbetrekking, evidente schijnzelfstandigheid en opzettelijke schijnzelfstandigheid.