Grote bouwers eisen cao-politie om misstanden tegen te gaan

Bouwreuzen als BAM, Dura Vermeer en Heijmans verklaren de oorlog aan onderaannemers die structureel en met opzet sociale premies ontduiken via schijnconstructies. Het invoeren van een cao-nalevingspolitie moet er volgens hen voor gaan zorgen dat zaken als cao-ontduiking en uitbuiting van zzp’ers worden teruggedrongen.

De bouwbedrijven hebben een verzoek neergelegd bij brancheorganisatie Bouwend Nederland. Die laatste heeft een werkgroep aangesteld en gaat eerst de al lopende nationale en regionale experimenten zoals de bouwplaats-ID onderzoeken. Met de bouwplaats ID kan straks worden gecontroleerd of een bouwvakker de juiste papieren en cao-inschaling heeft. Maar de invoering van deze pas, die werd aangekondigd in de nieuwe cao van 2015, is vooralsnog uitgesteld.

Hypocriete bouwbedrijven
De vier grote bouwbedrijven willen hun grote zorgen uiten door niet af te wachten tot de vakbonden of een nieuw kabinet met hun eigen eisen of ingrepen komt.

Dura Vermeer vindt dat het zelf een goed voorbeeld is voor de branche. Zij hebben het externe certificeringsbureau VRO ingeschakeld om steekproeven te doen op hun eigen bouwplaatsen en last poortcontroles in waarbij iedereen die een bouwplaats betreedt met een vingerscan geregistreerd wordt. Dura Vermeer hoopt dat Bouwend Nederland deze principes straks toepast voor de hele branche, zodat iedereen zijn leveranciers bij de les houdt. Nietsdoen is geen optie, vindt Alfred Boot, HR-directeur van bouwbedrijf Dura Vermeer. Dat een waterdicht systeem neerzetten ingewikkeld is, erkent hij. Er moet nu gekeken worden naar wat wel en niet werkt. Een gesprek aangaan bij misstanden is de eerste stap, maar er moeten wel gevolgen zijn als er sprake is van kwade wil. Aannemersfederatie (AFNL), die het midden en kleinbedrijf vertegenwoordigt, verwijt de grote spelers als Dura Vermeer juist hypocrisie. De AFNL meent dat de pijlen door dit verzoek vooral gericht worden op zijn achterban terwijl volgens hen tien grootste concerns zelf de belangrijkste veroorzakers van het ongelijke speelveld zijn.

Vakbonden FNV en CNV hebben voorzichtig positief gereageerd op het voorstel. Zij geven wel aan dat een groot deel van het probleem bij de Rijksoverheid ligt. ‘Zij houden het patroon in stand door hoofdzakelijk aan te besteden op de laagste prijs’, zegt Crombeen van de FNV.